Vrolijke maar ook soms meeslepende tweestemmige volksmuziek muziek |
”JA” TRADITIONEEL |
Bronnen |
Wie waren ze, die Nederlandse speelmannen uit de 18e en 19e eeuw die langs bruiloften en partijen trokken om hun vrolijke maar soms mee slepende dansmuziek te spelen en die wij nu zo graag samen spelen? Van deze speellieden is veel bekend maar soms ook niet. Wie zich hierin wil verdiepen kan zijn hart ophalen op Internet. Een voorschot geven we al vast hier onder.
Carel en Willem Balmer De naam Balmer is erg zeldzaam in Nederland. Hij komt, even sporadisch, ook in de ons omringende landen voor. In Duitsland wordt de naam aangetroffen in de streek van Stuttgart, in Frankrijk rond Parijs. In Nederland vinden we naam vooral in Valkenswaard, met enige verspreiding daarbuiten maar beperkt tot Brabant. Waar Card en WiIIem woonden weten we niet, maar het zuiden van Brabant maakt een goede kans. Weliswaar is hun voorgedrukte notenboekje afkomstig uit Amsterdam, maar dat zegt rond 1800 niet zo veel; het kan goed in Eindhoven of Tilburg verkocht zijn, of door een kennis uit Amsterdam zijn meegenomen. Dat de Balmers broers waren lijkt waarschijnlijk. Dat het violisten waren eveneens. Daarop wijzen enkele dubbelgrepen, een aantal streekaanduidingen, de toonschaal waar ze hun boekje mee opent en de omvang van de stukjes. Helaas zijn de titels van de muziekstukjes zó algemeen dat er bijna geen geografische herkomst uit af te lezen valt (in tegenstelling tot een ouder handschrift zoals dat van Hanekuijk).
Het Muziekboek van Carel en Willem Balmer is te koop bij de Stichting Volksmuziek Nederland. Voor informatie kijk op www.volksmuziek.nl bij Publicaties. Meer informatie over de samensteller van dit boek, Jos Koning, kijk op www.joskoning.nl
Jakob Pieters Beukema Jakob Pieters Beukema werd geboren op 23 augustus 1782 in Ulrum als oudste zoon van de bakker Pieter Jakobs Beukema en Klara Pieters. Al jong verloor hij zijn vader. Die kwam op 27-jarige leeftijd in 1788 om het leven bij een schaatstocht tussen Winsum en Onderdendam. Ondanks dit verlies was zijn moeder in staat hem een opleiding tot onderwijzer te laten genieten. Naast de zorg om Jakob Pieters moest ze tevens nog twee andere zoons opvoeden. Al op l7 jarige leeftijd kreeg hij in Baflo zijn eerste baan als onderwijzer. Daar ontmoette hij ook Jantjen Faber waarmee hij in 1804 in het huwelijk trad. Ze kregen in totaal acht kinderen, waarvan slechts drie Jakob Pieters overleefden. In 1804 werkte hij nog kort in Tinallinge om zich in dat zelfde jaar definitief in Leens te vestigen. Daar werd hij benoemd tot schoolmeester, koster en voorzanger. In tegenstelling tot veel andere onderwijzers in Noord-Groningen, werd hij niet ook nog benoemd tot organist in de kerk. Wel verving hij soms de vaste organist Willem Albert Wolthuis. De verhouding tot Wolthuis, die volgens Beukema faalde als muzikant en ook regelmatig tijdens kerkdiensten in slaap viel, was jarenlang zeer gespannen. De relatie werd zelfs in 1816 zo problematisch dat het gemeentebestuur eraan te pas moest komen om de heren tot kalmte te manen. Beukema bewoonde in Leens de kosterij tegen de noordoosthoek van het kerkhof. Daar regelde hij ook de zaken van de Hervormde diaconie. Als onderwijzer maakte hij langzaamaan carrière en in 1815 promoveerde hij tot onderwijzer van de tweede rang. Volgens de schoolwet van 1806 moest een onderwijzer van de vierde rang kunnen lezen, schrijven en de beginselen van de rekenkunst beheersen. Die van de derde rang diende daarenboven kennis te hebben van de Nederduitse taal en te kunnen rekenen met breuken. Bij zijn examen voor de tweede rang werd Beukema tevens getest op zijn kennis van de aardrijkskunde en geschiedenis. Het is niet duidelijk of Beukema ooit de eerste rang heeft gehaald. In dat geval diende hij nog over kennis te beschikken van natuur- en scheikunde. Naast zijn interesse voor muziek hield Beukema zich ook bezig met de dichtkunst. Hij is tevens de schrijver van bet Leenster volkslied. In 1854 werd hij geëerd bij zijn 50-jarige onderwijzerschap in een grote herdenkingsbijeenkomst waar een feestrede werd uitgesproken door professor Hofstede de Groot. Voor deze gelegenheid werd een gedenkplaat uitgegeven die uitgereikt werd aan iedere leerling. Vijf jaar later, in 1859, stierf Jakob Pieters Beukema.
Het Muziekboek van Beukema is o.a. te koop bij Törf en de Stichting Volksmuziek Nederland . Voor informatie kijk op resp. www.torf.nl en www.volksmuziek.nl bij Publicaties.
J. Hanekuijk In de bibliotheek van het Instituut voor Muziekwetenschap van de Rijksuniversiteit van Utrecht bevindt zich een handgeschreven muziekboek, getiteld “Musijcqboek van H. Hanekuijk” en gedateerd 1702 en 1703. Het bevat 182 melodieën. Ze zijn door vijf verschillende personen opgeschreven in de loop van de 18e eeuw. Heel in het algemeen kunnen we zeggen dat het gaat om melodieën die in de 18e eeuw in het westen van Nederland gangbaar waren, en dat ze opgeschreven zijn door verschillende speellieden of wellicht muziekleerlingen. Sommigen hebben de melodieën slordig en met veel fouten en onduidelijkheden genoteerd; het reconstrueren is dan een hele puzzel. De exacte herkomst van het handschrift is niet aan te geven; pas vanaf de eeuwwisseling (1900) is het Musijcqboek te volgen; het is dan in handen van diverse verzamelaars.
Het Musijcqboek van Hanekuijk is te koop bij de Stichting Volksmuziek Nederland. Voor informatie kijk op www.volksmuziek.nl bij Publicaties. Meer informatie over de samensteller van dit boek, Jos Koning, kijk op www.joskoning.nl
Andries Kiers Maar wie is nu deze Andries Kiers, die vermeldt wordt op het binnenblad en die dus volgens de traditie kan worden aangemerkt als de eigenaar van het handschrift? Wel, wie in het Friesland van 1864 op zoek gaat naar Andries Kiers komt in Noordwolde (ten oosten van Wolvega) terecht bij twee jongens van die naam. Hun vaders waren broers, zonen van de in 1773 in Noordwolde geboren Folkert Jans, die (op last van Napoleon) in 1812 besloot de achternaam Kiers aan te nemen. We spreken hier dus over twee neven.
Het Muziekboek van Andries Kiers is te koop bij de Stichting Volksmuziek Nederland. Voor informatie kijk op www.volksmuziek.nl bij Publicaties. Meer informatie over de samensteller van dit boek, Anneke Goudkuil, kijk op
Wieger Michiels Visser Wieger Michiels Visser werd op 9 november 1801 geboren in Grouw. Ruim een jaar later overleed zijn vader, een welgestelde koopman in boter en kaas. Zijn moeder hertrouwde met Kerst Klazes Koopmans, die in 1782 te Oosterzee (bij Lemmer) een bijzonder riant koopmanshuis had laten bouwen (nu: Buren 19). Op 26 augustus 1827 trouwde Wieger Michiels Visser met Machcheltje Elings Koopmans. Samen met haar kreeg hij zeven kinderen; hiervan zijn er twee jong overleden. Visser behoorde duidelijk tot de gegoede burgerij. Hij wordt meerdere keren genoemd als kerkvoogd in Oosterzee, waar hij heel zijn verdere leven zou blijven wonen. In het notariële archief worden diverse aktes bewaard waarin hij genoemd wordt als koper of verkoper van land en huizen of als schuldeiser in hypotheekakten. Visser was eigenaar van de beurtvaart van Lemmer op Amsterdam. Samen met zijn halfbroer erft hij in 1826 van zijn stiefvader een oliemolen en een overzet over de Rien. In officiële stukken liet Visser zich meestal koopman of olieslager noemen. Wieger Michiels Visser is overleden op 26 augustus 1886 in zijn woonplaats Oosterzee. Hoewel hij dus geen professionele violist en dansmeester was, blijkt uit de precisie en moeilijkheidsgraad van zijn muzieknotaties wel dat Wieger Michiels Visser een goede muzikale opleiding moet hebben gehad. Ook S.J. van der Molen komt in zijn artikel Een Fries vioolboek van omstreeks 1820 afkomstig uit Oosterzee, tot deze conclusie (Nederlands Volksleven 17, nr. 4, pagina 282 e.v.) Eveneens is duidelijk dat hij vooral dansmuziek leuk vond. Zeer waarschijnlijk heeft Wieger Michiels Visser zijn Vioolboek geschreven als geheugensteuntje. Hij noteerde kennelijk melodieën die hij vaker wilde spelen. Het Vioolboek bevat 101 dansmelodieën en marsen, een paar interludes, en een aantal nummers met de titel Aria of met een begintekst in het Nederlands. Daarnaast zijn er 22 liederen voor 1 of 2 stemmen en ook voor koor in het manuscript te vinden, geschreven in een ander of later handschrift. Uit aantekeningen in de marges kunnen we opmaken dat de melodieën werden genoteerd in 1817, 1819 en 1821 en mogelijk daarna. Bij de eerste notities was Wieger Michiels l6 jaar oud. Sommige vroege nummers zijn voor twee partijen opgeschreven.
Het Muziekboek van Visser is te koop bij de Stichting Volksmuziek Nederland. Voor informatie kijk op www.volksmuziek.nl bij Publicaties. Meer informatie over de samensteller van dit boek, Judica Lookman, kijk op www.madlot.nl
Manuscripten CD Nog een CD waarop een paar van deze speelmannen staan. In de heruitgegeven bovengenoemde boeken staan veel gegevens over de oorspronkelijke schrijvers alsmede over de tijd en omstandigheden waarin zij werkten. Op de bijbehorende site wordt deze informatie alleen kort samengevat. Verder vind je er facsimile-muziek voorbeelden, geluidsfragmenten, informatie over de groepen, over hun keuze en manier van arrangeren. “De Manuscripten” is een CD waarop de muziek uit oude muziekboekjes weer tot klinken is gekomen, eigentijds, welluidend en afwisselend. Een andere kant van het fenomeen wereldmuziek. Guy Roelofs, eigenaar en producer van de FUAIME Studio te Breda, nam het initiatief om een aantal stukken uit, de door de Stichting Volksmuziek Nederland [SVN], heruitgegeven manuscripten op CD vast te leggen. Hij nodigde vier gerenommeerde, maar totaal verschillende muziekgroepen uit om hieraan mee te werken. Allemande, air, menuet, allegretto en giga zijn titels van muziekstukken die een 17de en 18de eeuwse “klassieke” herkomst verraden. Liedmelodiën zijn aan de titel, zoals “Goe morgen Kniertje, Heb ik jou daer” te herkennen. En schots, contredans en cadrielle duiden vanzelfsprekend op dansmuziek. Dansen op een bourrée, mazurka, wals, polka of scottish is in Frankrijk en Vlaanderen een populaire vrije-tijds besteding, die ook in Nederland steeds meer terrein wint. Op de zgn. Bal Folks, ook wel Bal Populaire genaamd, staat jong en oud, vrolijk en ongecompliceerd te dansen. Bovengenoemde CD sluit nauw aan bij deze nieuwe trend Op de website www.demanuscripten.nl kan men uitgebreide informatie vinden over de muziek, de manuscripten, de heruitgaven en de muziekgroepen. De sfeer en interpretatie van de vier groepen loopt van improviserend in de 17de eeuwse stijl van Twee Violen en een Bas, tot avantgardistische Folk van de groep Lirio. Tjane klinkt modern keltisch en Madlot is traditioneler met bekende folkinstrumenten zoals de doedelzak en trekharmonica. De Stichting Volksmuziek Nederland zorgde voor de ontsluiting van de vier manuscripten: Het Musijckboek van J. Hanekuijck (1703) het vioolboek van Wieger Michiel Visser (1817 - 1821), het muziekboek van Carel en Willem Balmer (1801) en Andries Kiers Zijn Muzijk Boek (1864). Deze boeken zijn dan ook via de stichting te verkrijgen, zie www.volksmuziek.nl Dit CD project is voor Nederland een unieke gebeurtenis en een document dat een belangrijk aspect van de Nederlandse muziekcultuur verklankt. De CD bevat 17 nummers met luister- en dansmuziek.
De Manucripten CD is te koop bij de Stichting Volksmuziek Nederland, kijk op www.volksmuziek.nl bij Publicaties. Voor interviews of meer informatie kunt u contact opnemen met: Peter Koene (Madlot): info@peterkoene.org Guy Roelofs (Tjane): info@tjane.nl Wouter Kuypers (Lirio): wouterkuyper@gmail.com Jos Koning(Twee Violen en een Bas): jos@joskoning.nl Stichting Volksmuziek Nederland (Cor van Sliedregt): coda.coda@quicknet.nl
|
Introductie |
De muziek |
CD + Boek |
Fotogalerij |
Video |
Recensies |
Bronnen |
Fotoarchief |
Introductie |
De muziek |
CD + Muziekboek |
Fotogalerij |
Video's |
Recensies |
Bronnen |
Fotoarchief |